donderdag 16 februari 2017

Chinees nieuwjaar in Luang Prabang

Met het 'lantern'festival kwam er vorig weekend een eind aan de veertiendaagse viering van Chinees nieuwjaar.  Deze periode is voor Chinezen het moment om af te spreken met familie en vrienden en brengt dan ook in een groot deel van Azië een ware volksverhuizing op gang.
Wij kregen een 6tal dagen vrijaf en hadden dit jaar op tijd onze ticketten geboekt naar Luang Prabang, volgens vele reizigers de mooiste stad van Laos.  Twee dagen voor vertrek kregen we even de bibber toen het bericht kwam dat onze gereserveerde kamers geannuleerd waren.  Na wat heen en weer gemail met Agoda konden we gelukkig met een gerust hart vertrekken : er was voor ons plaats in een ander hostel.
Ook al kwamen we aan tijdens de drukke ochtenduren, toch werd er tijd gemaakt om ons aan de hand van een plannetje wat wegwijs te maken en ons te voorzien van tips en vooral ook : de gangbare prijzen voor boten en tuk-tuks.  Met vijf dagen om het stadje en de omgeving te bezoeken hadden we onszelf ruim de tijd gegeven om ook af en toe ontspanning in te lassen.  De eerste dag trokken we vooral op verkenning zonder ook maar iets echt te bezoeken.
Ons hostel lag aan de overkant van de Nam Khan rivier.  Om het centrum van het stadje te bereiken hadden we twee opties : ofwel namen we de (brom)fietsbrug, of we namen de bamboo brug die in het droogseizoen gebouwd wordt.  De tweede optie was een veel kortere baan maar er moest wel tol betaald worden door de toeristen.  De lokale bevolking heeft hier goed door dat  toeristen wel zullen betalen als ze iets willen bezoeken.  Bij elke bezienswaardigheid, klein of groot, zijn er semi-officiële ticketjes gemaakt en moet er betaald worden.  Onze wandeling brengt ons langs de oever van de Nam Khan naar de plek waar deze uitmondt in de Mekong en van daar verder langs de veel bredere rivier.  Talrijke historische huizen zijn mooi gerestaureerd, sommigen zijn nu een hotel en hun Franse namen herinneren aan het koloniale verleden van de stad.   's Middags stoppen we bij één van de vele barbecue stalletjes om te eten.  Worsten en speklapjes zijn niet zo makkelijk te vinden in Maleisië dus we laten het ons smaken. Tijdens onze verdere verkening worden we door talrijke tuk-tuk bestuurders aangesproken om ons naar de 'waterfalls' te brengen.  Na hier en daar wat onderhandelen regelen we onze trip voor de volgende dag.
de bamboobrug

2017 : Year of the rooster

Een eetstalletje

Boot op de Mekong

De watervallen, daarmee bedoelen de lokalen de Kuong Si. Na een rit van een klein uurtje door het platteland van Laos bereiken we de ingang van het park.  Al snel komen we bij de voet van de watervallen waar er kan gezwommen worden.  We besluiten eerst de klim tot boven te maken, daarna kan er afgekoeld worden in het water.  Astrid en ik vinden het water toch wel iets te fris, maar moet er niet iemand op het gerief letten en iemand foto's trekken? De excuses zijn snel gevonden.

Deel van de Kuong Si



Terug in Luang PRabang sluiten we ons aan bij de menigte die de zonsondergang wil bewonderen vanop de Phu Si, de stadsheuvel.  Het levert een mooi zicht op op de wijde omgeving maar van een rustige plek kan je moeilijk spreken.






Na de afdaling langs de andere kant van de heuvel ontdekken we een café met heerlijk Belgisch gerstennat : tijd voor een aperitiefje.


De volgende dag lenen we de fietsen van ons hostel om ons doorheen het stadje te verplaatsen.  Via de fietsbrug steken we de rivier over en bijna onmiddellijk passeren we Wat Wisounarat, de oudste tempel. 



 

Om in de sfeer te blijven bezoeken daarna het grootste tempelcomplex : Wat Xien Thong, ook wel bekend onder de naam 'tempel van de gouden boom'.  Het complex bestaat uit verschillende gebouwen waarvan het hoofdgebouw in traditionele Loatiaanse stijl gebouwd werd.  Acteraan, aan de buitenkant kan je een mozaïek van de 'gouden' boom bewonderen.  Daarnaast enkele kleinere tempeltjes met mooie geschilderde taferelen.





Van daaruit gaat het naar het koninklijk paleis.  Hier woonde de koning tot de communisten aan de macht kwamen in 1975 die de koninklijke familie naar heropvoedingskampen stuurden.  Binnen in het gebouw is er een kleine expositie maar mogen geen foto's getrokken worden.  Het mooiste pavilioen van de complex huisvest een 2000 jaar oud gouden Boeddha beeldje (83 cm hoog).



 

's Avonds slenteren we rond op de avondmarkt waar toeristen het ideale soevenier op de kop hopen te tikken. 

 
Op maandag huren we een boot (met schipper) om ons over de Mekong naar de Pak Ou grotten te laten brengen.  Deze grotten dienen als 'rustplaats' voor kapotte of afgedankte Boeddhabeelden.  Eén keer per jaar, met het Laotiaans nieuwjaar, komen de lokalen in processie naar de grotten om de beelden af te stoffen. 
 


 
 
 
Op onze laatste dag besluiten we nog eens sportief te doen.  We huren mountainbikes om naar de Tad Sae watervallen te rijden, zo'n 18 km buiten Luang Prabang. Enkele stevige heuveltjes moeten overwonnen worden vooraleer we ter plekken geraken.  De watervallen vallen klein uit in vergelijking met de vorige waardoor het hier dan wel weer rustiger is.  Ook hier kan er een verfrissende duik genomen worden na een stevige wandeling. 
 

 
Onze laatste ochtend is een extra vroege : vooraleer de valiezen te pakken gaan we nog kijken naar de monniken die rondkomen om almen.  Vanuit de tempelcomplexen vertrekken de in oranje geklede  groep, ieder met een emmertje.  Langs de weg zitten de mensen op krukjes en offeren rijst en ander eten.
 

 

1 opmerking: